Wat is de beslagvrije voet?
De beslagvrije voet is het deel van je inkomsten dat is beschermd tegen beslaglegging door schuldeisers. Dit is zo geregeld in de wet, zodat je een minimum inkomen houdt voor vaste lasten (zoals huur of hypotheek, water, energie, verzekeringen) en dagelijkse kosten (zoals boodschappen, kleding en vervoer). Iedereen heeft daar recht op. De beslagvrije voet is meestal 95% van de bijstandsnorm. De resterende 5% van het inkomen is beschikbaar voor verrekening of beslag. Voor mensen met een modaal of hoger inkomen, geldt een hogere beslagvrije voet.
Berekening van de beslagvrije voet
Bepalend voor de hoogte van de beslagvrije voet zijn de leefsituatie en de inkomenssituatie. De beslaglegger – de gemeente of de deurwaarder – haalt op twee manieren informatie op over een inwoner.
Informatie over iemands leefsituatie
Deze informatie is opvraagbaar uit de Basisregistratie Personen (BRP). De wet kent 4 leefsituaties: alleenstaand, alleenstaand met kinderen, gehuwd zonder kinderen, gehuwd met kinderen. Er is een aparte norm voor mensen die verblijven in een inrichting voor verpleging of verzorging.
Informatie over het inkomen
Deze informatie staat in de polisadministratie van UWV. Het gaat om inkomsten uit loondienst en uitkeringen. Op basis van deze informatie valt de inwoner voor de hoogte van de beslagvrije voet in één van de drie inkomensgroepen:
- Voor inwoners met een laag inkomen (op of onder bijstandsniveau) geldt een beslagvrije voet van 95% van de toepasselijke bijstandsnorm (incl. vakantiegeld). Zij lossen altijd 5% van het inkomen af.
- Bij een middeninkomen is de beslagvrije voet van 95% van de bijstandsnorm, verhoogd met een evenredig bedrag (compensatiekop).
- Bij een hoog inkomen geldt een maximale beslagvrije voet die bestaat uit een vast bedrag.

Verandering in leefsituatie, inkomen of kosten
Er kan natuurlijk iets veranderen in de leefsituatie, het inkomen of de woonkosten van de inwoner. Als beslaglegger moet je daarom minimaal 1 keer per 12 maanden een herberekening maken van de beslagvrije voet. De inwoner wordt aangeraden om blijvende veranderingen zelf door te geven, zoals het gaan samenwonen of uit elkaar gaan of het wegvallen van inkomen.
Rekenmodule beslagvrije voet
Als beslaglegger ben je verplicht de inwoner te informeren over het beslag, de gebruikte persoonlijke gegevens en de hoogte van de beslagvrije voet. Voor het berekenen van de beslagvrije voet gebruiken gemeenten de centrale voorziening BVV als rekentool. De inwoner kan zelf controleren hoe de beslagvrije voet is berekend, met een rekentool op uwbeslagvrijevoet.nl. De tool gebruikt gegevens over de leef- en woonsituatie en het inkomen. De gegevens komen uit de BRP en de UWV Polisadministratie. Als dat nodig is, voer jij als beslaglegger aanvullende en afwijkende gegevens in.
Kloppen de gegevens op het overzicht van de beslagvrije voet niet? Dan moet de inwoner binnen 4 weken de juiste gegevens doorgeven aan de beslaglegger. Die moet de beslagvrije voet dan opnieuw berekenen. Als beslaglegger informeer je de inwoner welk bewijs die moet aanleveren. De aangepaste beslagvrije voet gaat dan in vanaf de datum op het overzicht.
Uitgebreide toelichting op de berekening
In sommige gevallen kan de inwoner aan de beslaglegger vragen de beslagvrije voet aan te passen. Dit hangt af van iemands woonsituatie. Vragen om een aanpassing kan als:
- de inwoner een koopwoning heeft en nog niet de maximale beslagvrije voet heeft bereikt
- de inwoner een woonruimte huurt zonder recht op huurtoeslag, zoals een recreatiewoning, kamer of woonboot.
- de woonlasten hoog zijn en de beslagvrije voet al op het maximum zit. Dan kan de beslagvrije voet tijdelijk (gedurende maximaal 24 maanden) worden verhoogd. Dit kan niet als er een partner is met voldoende eigen inkomen.
De inwoner kan ook de rechter, met een beroep op de hardheidsclausule, vragen om een verhoging van de beslagvrije voet.
Schuldhulpverlening en de beslagvrije voet
Schuldhulpverlening is een wettelijke taak van de gemeente, vastgelegd in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (wgs). Binnen de wettelijke kaders kan de gemeente de hulpverlening zelf vormgeven. Gemeenten kijken vrijwel altijd niet alleen naar de financiële problemen, maar ook naar problemen rond wonen, gezondheid, verslaving en gezin. En ook steeds vaker naar gedrag en gedragsverandering. De integrale aanpak wordt vastgelegd in het Plan van Aanpak schuldhulp.
Beslagvrije voet plus correcties
Mensen die in de schuldsanering zitten of een minnelijk traject volgen via de gemeente, hebben ook te maken met het vrij te laten bedrag (vtlb). Dit is het minimumbedrag dat overblijft om van te leven. Het vtlb wordt berekend door correcties op te tellen bij de beslagvrije voet. Het gaat om bijzondere kosten, zoals kinderopvang, eigen risico Zorgverzekeringswet of noodzakelijke reiskosten.Lees meer over het vrij te laten bedrag
Op welke inkomsten mag je beslag leggen?
Gorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Etiam eu turpis moles
Als gemeente of deurwaarder mag je niet op alle inkomsten beslagleggen.
Je mag niet beslag leggen op onder meer:
- Bijzondere bijstand (zoals de individuele inkomenstoeslag)
- Overlijdensuitkering op grond van een aantal sociale-verzekeringswetten
- Extra verhoging bij hulpbehoevendheid op grond van de Wajong, WIA of WAO
- Studiefinanciering of tegemoetkoming schoolkosten
- Kinderbijslag en kindgebonden budget
- Zorgtoeslag
- Huurtoeslag
- Kinderopvangtoeslag
- Onkostenvergoeding ambtenaren
Je mag wél beslag leggen op periodieke uitkeringen zoals uitkeringen en loon.
Actuele ontwikkelingen en jurisprudentie
Sinds 1 januari 2021 wordt bij de berekening van de beslagvrije voet geen onderscheid meer gemaakt naar leeftijd. Voor AOW-gerechtigden geldt daardoor een lagere beslagvrije voet. Omdat de negatieve gevolgen van de wet voor AOW’ers groter waren dan verwacht, incasseerde de Sociale Verzekeringsbank (SVB) in schrijnende situaties minder.
Een inwoner was het daarmee oneens en kwam in verweer. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat voor AOW-gerechtigden een beslagvrije voet van 95% van de voor AOW-gerechtigden geldende bijstandsnorm zou moeten gelden. Dit doet de ongewenste effecten voor AOW-gerechtigden teniet.
Uit onderzoek blijkt dat het negatieve effect voor AOW-gerechtigden onder de nieuwe beslagvrije voet niet erger is dan de wetgever had voorzien. Het kabinet ziet daarom geen reden de wetgeving aan te passen. De SVB en UWV gaan in voorkomende gevallen in gesprek met de inwoner. Daarbij wordt rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden.

Opleidingen en trainingen in de schuldhulp
De voortdurende ontwikkelingen vragen veel van professionals in het sociaal domein. Je hebt niet alleen kennis nodig van wet- en regelgeving, maar ook allerlei vaardigheden en competenties. Stimulansz biedt gemeenten en andere ketenpartners een groot aantal opleidingen en trainingen rond schuldhulp.
Inzicht Sociaal Domein Schuldhulp bij Stimulansz
Op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen rondom schuldhulp? Dit kan met de Juridische kennisbank Inzicht Sociaal Domein Schuldhulp van Stimulansz. De kennisbank is juridisch, praktisch en toegankelijk. Je krijgt toegang tot actuele wet- en regelgeving en jurisprudentie. Je kunt zelf gemeentespecifieke informatie toe te voegen. Voor gebruikers van deze kennisbank houden we 2 keer per jaar een themabijeenkomst over de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening.
Ook heb je toegang tot de kennisbank Inzicht Sociaal Domein algemeen. Je kunt gebruikmaken van modelbrieven en modelbeschikkingen in klare taal.
Voor uitvoeringsvragen over Schuldhulp kun je terecht bij de gratis helpdesk. Je ontvangt nieuwsbrieven rondom sociaal domein en schuldhulpverlening.