Het eerlijke verhaal is dat ik psychologie ben gaan studeren omdat ik het leuk vind. Niets meer en niets minder. Er zat geen plan achter, ik was gewoon waanzinnig nieuwsgierig naar alle kennis die dat vakgebied mij beloofde. En ik kan volmondig zeggen dat al die verwachtingen zijn uitgekomen. Inmiddels kan ik echter tientallen argumenten bedenken vóór deze keuze. Ik zal er een paar met jullie delen. In verschillende gemeenten ben ik psychologen tegengekomen die in het sociaal domein werken. Weliswaar niet als psycholoog, maar hopelijk nodigt dit gemeenten uit om die aanwezige kennis (beter) te benutten. In deze reeks geef ik u een paar voorbeelden waar deze combinatie echt van toegevoegde waarde is.

Als je een hamer hebt, is alles een spijker

Wetgeving – en dan benader ik het heel smal, daar ben ik me van bewust – geven regels over hoe we met elkaar om moeten gaan: wat mag, wat moet, wat mag absoluut niet en wie kan wat doen als iemand zich niet aan de regels houdt? Dat is nuttig, want zonder zo’n stelsel vervalt een samenleving al snel in een chaos waarin het recht van de sterkste geldt. Maar het is niet genoeg. Want alleen zeggen wat wel en niet mag, betekent niet dat mensen dat ook doen. Daar zijn we ons lang (te) weinig van bewust geweest.

Maar wat als je een kist hebt vol onbekend gereedschap?

Vertellen welke arbeidsverplichtingen iemand heeft, maakt niet dat iemand zich daar aan houdt. De wet biedt de consulent meerdere instrumenten in de vorm van wortels en stokken (beloningen en straffen) om te zorgen dat een werkzoekende zich hieraan houdt. Met de herziening van de handhaving in de sociale zekerheid krijgen gemeenten een uitgebreide gereedschapskist. Om die gereedschapskist goed te kunnen gebruiken, moet je wel weten wat je kunt doen met al die verschillende gereedschappen in de kist. Het maakt namelijk nogal uit waar iemand zit qua motivatie (Ryan and Deci, 2018) wat helpt om iemand een stap te laten zetten. En ja, gebruik van het verkeerde instrument kan ervoor zorgen dat iemands motivatie afneemt.

Belonen is altijd goed, toch?

Voor ik antwoord geef op deze vraag even een heel belangrijk aandachtspunt. Het antwoord staat los van het probleem van bestaanszekerheid. Dat zal ik toelichten. Het ontvangen van een beloning voor iets waarvoor iemand intrinsiek gemotiveerd is doet iets met iemand (Ariely, 2016). Het verandert het gevoel dat je iets doet omdat het leuk, bevredigend, vervullend is naar een gevoel dat je iets doet voor een beloning. En als die beloning wegvalt, komt niet zomaar het goede gevoel over de activiteit zelf terug. Ofwel, als iemand graag wil werken omdat diegene dat leuk vindt om het werken en daar wordt een beloning tegenover gesteld, dan kan – als de beloning wegvalt – alle motivatie wegvallen. Dus nee, belonen is niet altijd goed. Maar de kanttekening is natuurlijk wel dat als mensen ondanks het werken niet voldoende in de kosten van bestaan kunnen voorzien, dit óók wat doet met motivatie en los daarvan onwenselijk is. Maar dat is een ander vraagstuk dan de vraag of belonen altijd motiveert.

Daarom rechten en psychologie!

De combinatie van rechten en psychologie biedt mij dat ik precies weet wat er in mijn gereedschapskist zit, én dat ik weet wanneer ik welk instrument kan inzetten om dat te bereiken wat ik wil bereiken. Op die manier heb ik alles in handen om mensen te motiveren om de stap te maken richting werk of participatie (en nee, bovenstaande elementen zijn daarin bij lange na niet genoeg, maar wel een stukje van de puzzel).

Heeft u voorbeelden van de meerwaarde van psychologie in het sociaal domein? Of vragen daarover? Neem contact met mij op. Ik hoor het graag!

Bronnen

Motivatie zoals beschreven door Ryan en Deci in de Self Determination theory

afb1

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.