Beroepsgeheim versus meldplicht

Voor sommige hulpverleners is de geheimhoudingsplicht neergelegd in een wettelijke bepaling, zoals bijvoorbeeld artikel 88 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg voor artsen en verpleegkundigen. Voor andere hulpverleners vloeit deze plicht voort uit de beroepscode, zoals bijvoorbeeld de beroepscode voor sociaal raadslieden. De achtergrond van deze zwijgplicht is dat iedereen vrijelijk een beroep op de hulpverlening moet kunnen doen zonder vrees dat zijn privacy wordt geschonden. Deze zwijgplicht staat haaks op de meldplicht zoals die bijvoorbeeld voor gemeenteambtenaren geldt.

Sociaal wijkteam

Maar wat nu als je als hulpverlener wordt ingezet in een sociaal wijkteam van de gemeente? De gemeente ontvangt uit de wijk natuurlijk graag signalen over de klanten van het wijkteam. Over hulpvragen die spelen, maar natuurlijk ook fraudesignalen. Wat moet je doen als je hebt gezien dat er een wietplantage in de woning staat of dat een koppel samenwoont zonder dat de sociale dienst daarvan op de hoogte is gesteld? Ben je als hulpverlener verplicht de mogelijke fraude aan de gemeente te melden of valt deze informatie onder de geheimhoudingsplicht?

Meldplicht

In principe heeft een gemeenteambtenaar die met persoonsgegevens werkt op grond van artikel 12, tweede lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) een geheimhoudingsplicht. In ditzelfde artikel staat echter ook de uitzondering. Als een ambtenaar van de gemeente die bij de uitoefening van zijn ambt kennis krijgt van een misdrijf geldt op grond van artikel 162 van het Wetboek van strafvordering een meldplicht. De geheimhoudingsplicht wordt dan doorbroken. De ambtenaar moet de geconstateerde fraude dus melden. Maar geldt deze meldplicht nu ook voor de hulpverlener in gemeentedienst?

Meldplicht ook voor hulpverleners?

De gemeenteambtenaar die met persoonsgegevens werkt en op de hoogte is van een misdrijf heeft dus een meldplicht, die zijn geheimhoudingsplicht doorbreekt. Hulpverleners hebben echter uit hoofde van hun ambt al een geheimhoudingsplicht. Uit de toelichting op artikel 12, tweede lid, van de Wbp valt af te leiden dat de geheimhoudingsplicht niet doorbroken wordt bij een beroepsgroep met een medisch beroepsgeheim of ambtsgeheim. Ook als de hulpverlener in dienst is bij de gemeente als maatschappelijk werker of sociaal raadslid, doet dat niets af aan hun medisch beroepsgeheim of ambtsgeheim. Artikel 12 is zoals de memorie vermeldt een aanvullende plicht zodat de beroepsgeheimhoudingsplicht nog onverkort geldt.

Praktijk

Wat de hulpverlener in de praktijk zal doen is het gesprek met betrokkene aangaan en hem wijzen op de mogelijke gevolgen van de fraude die wordt gepleegd. De bedoeling daarvan is dat betrokkene uiteindelijk zelf de fraude zal melden. Een dergelijke zaak kan wel anoniem met de afdeling van de gemeente worden besproken. Dan kan wellicht alvast een richting worden gekozen in de mogelijke manieren van omgaan met de casus en weet de hulpverlener al wat de ruimte bij de gemeente zal zijn.

Pagina delen op socials

Meer weten over dit onderwerp?

Redactie helpt je graag verder.

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.

Andere bekeken ook

“Armoedebeleid door de jaren heen: we weten allang wat werkt”

Leven in armoede is hard werken, en armoedebestrijding is complex. Als je weet hoe dit zich door de jaren heeft ontwikkeld, kan je dat helpen in de ondersteuning van inwoners, stelt Wilma Kuiper. “Het is allang duidelijk wat werkt en niet werkt.”

Eén loket voor elke vraag: van het ‘wie’ naar het ‘hoe’

Ik loop al sinds 2004 mee in het sociaal domein. Het is de kunst om dan professioneel nieuwsgierig te blijven en met een open blik te kijken naar hoe we dingen doen zonder die als vanzelfsprekend te beschouwen. Juist door anders te kijken ontstaat ruimte voor verwondering en verwondering geeft ruimte voor verbetering. Een van die zaken waar ik me over verwonder is de vraag ‘wie moet iets oplossen’.

Kan een inburgeraar na 1,5 jaar nog van leerroute wisselen?

Gemeenten krijgen regelmatig te maken met inburgeraars voor wie de gekozen leerroute toch niet passend blijkt. Wat als die mismatch pas na 1,5 jaar aan het licht komt? In deze blog laten Renée van der Burg en mr. Petra Gerritsen zien welke ruimte gemeenten hebben om alsnog te schakelen.