Van echtgenote naar hulpverlener, wat is gebruikelijke hulp?

Huishoudelijke hulp

Vanuit de Wmo hebben we inmiddels 10 jaar ervaring met het indiceren van hulp bij het huishouden en zijn we wel gewend aan gesprekken over gebruikelijke hulp. Voor de inzet van huisgenoten zijn in de loop der jaren uitgebreide protocollen en beleidsregels opgesteld. We vinden het inmiddels allemaal heel logisch dat een huisgenoot de stofzuiger pakt als de ander dat niet meer kan.

Begeleiding

Maar dan nu de volgende situatie: meneer De Groot heeft Alzheimer. Hij kan zichzelf niet meer verzorgen en zijn bejaarde vrouw helpt hem iedere dag bij de persoonlijke verzorging. Ook heeft meneer De Groot begeleiding nodig. Zo moet mevrouw hem erop wijzen om te eten of te drinken, want anders vergeet hij dat. Hij kan niet meer zelfstandig de post afhandelen of met instanties spreken. Sociale contacten bloeden dood. In hoeverre spreken we nu nog van gebruikelijke hulp? Wanneer overstijgt de hulp die een huisgenoot biedt het gebruikelijke? Om dat duidelijk te krijgen, is een zorgvuldig onderzoek noodzakelijk.

Effect bepalen

Als eerste stap in het onderzoek gaan we in gesprek met mevrouw. Wat is haar vraag? Wat is het effect dat ze wil bereiken? Ze wil de zorg voor haar man vol kunnen houden zodat haar man thuis kan blijven wonen. Als we nu puur met een strikt wettelijke bril naar deze casus kijken, zouden we zeggen: de persoonlijke verzorging kan worden overgenomen door de wijkverpleging. Dan heeft mevrouw haar handen vrij en is het probleem opgelost. Maar is dat werkelijk de beste oplossing? Dat moet uit het verdere onderzoek blijken. Vaak is een medisch advies om de belastbaarheid van een huisgenoot in kaart te krijgen aan te raden.

Zorgvuldig onderzoek

Of een maatwerkvoorziening begeleiding wordt ingezet vanuit de Wmo valt of staat, net als bij het indiceren van hulp bij het huishouden, met een goed en zorgvuldig onderzoek. Ligt er een vraag voor begeleiding, ga dan altijd in gesprek met de aanwezige huisgenoot. Wat doet hij of zij allemaal? Zet het eens op een rijtje, maak een overzicht. Ga vervolgens per onderdeel in gesprek over de belasting die dit oplevert en in hoeverre de huisgenoot in staat is de hulp te bieden. Neem mevrouw De Groot. Zij wil liever zelf de persoonlijke verzorging leveren. Maar de hele dag meneer achter de vodden zitten, put haar uit. Als ze nu maar wat tijd voor zichzelf had. Want is het wel zo gebruikelijk dat iemand van echtgenote verandert in een hulpverlener? 

Gebruikelijke hulp

Wmo-consulenten zijn op zoek naar duidelijkheid over gebruikelijke hulp en begeleiding. Er ligt een oude indicatiewijzer van het CIZ, maar deze biedt veel ruimte voor interpretatieverschillen en onduidelijkheid. Er is een behoefte om vast te leggen wat er precies bedoeld wordt met gebruikelijke hulp en begeleiding. Zolang er geen vastomlijnde regels of protocollen zijn, is het dus zaak een goed onderzoek te doen naar de inzet van huisgenoten. Bij Stimulansz hebben we een stappenplan ontwikkeld dat u helpt bij het uitvoeren van een zorgvuldig onderzoek naar gebruikelijke hulp bij begeleidingsvragen. Als u de stappen volgt, komt u tot een goed onderbouwd besluit en levert u steeds maatwerk. Een besluit dat de cliënt en zijn huisgenoot kunnen begrijpen én dat in een bezwaarprocedure overeind blijft.

Pagina delen op socials

Meer weten over dit onderwerp?

Anitra Vink helpt je graag verder.

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.

Andere bekeken ook

“Armoedebeleid door de jaren heen: we weten allang wat werkt”

Leven in armoede is hard werken, en armoedebestrijding is complex. Als je weet hoe dit zich door de jaren heeft ontwikkeld, kan je dat helpen in de ondersteuning van inwoners, stelt Wilma Kuiper. “Het is allang duidelijk wat werkt en niet werkt.”

Eén loket voor elke vraag: van het ‘wie’ naar het ‘hoe’

Ik loop al sinds 2004 mee in het sociaal domein. Het is de kunst om dan professioneel nieuwsgierig te blijven en met een open blik te kijken naar hoe we dingen doen zonder die als vanzelfsprekend te beschouwen. Juist door anders te kijken ontstaat ruimte voor verwondering en verwondering geeft ruimte voor verbetering. Een van die zaken waar ik me over verwonder is de vraag ‘wie moet iets oplossen’.

Kan een inburgeraar na 1,5 jaar nog van leerroute wisselen?

Gemeenten krijgen regelmatig te maken met inburgeraars voor wie de gekozen leerroute toch niet passend blijkt. Wat als die mismatch pas na 1,5 jaar aan het licht komt? In deze blog laten Renée van der Burg en mr. Petra Gerritsen zien welke ruimte gemeenten hebben om alsnog te schakelen.