Invloed van het verwerpen van een erfenis door een bijstandsgerechtigde
Hoe zit dat? Invloed van het verwerpen van een erfenis door een bijstandsgerechtigde.
Hoe zit dat? Invloed van het verwerpen van een erfenis door een bijstandsgerechtigde.
Door Wim Eiselin
Dit is een voorbeeld van een vraag van een klantmanager over de invloed van verwerping van een erfenis op bijstand. We krijgen over erfenissen en verwerping steeds vaker vragen. Zie over erfenissen en bijstand ook mijn eerdere blog.
De vragen zijn ingegeven door
Onzekerheid over een erfenis is geen reden om als gemeente de verwerping door de klant te aanvaarden. Een erfenis kan ook beneficiair worden aanvaard. In een dergelijke situatie is de klant niet aansprakelijk voor eventuele schulden. Kiest een klant ervoor om een erfenis beneficiair te aanvaarden, dan moet hij een verklaring (laten) afleggen bij de rechtbank. Voor het opmaken van zo’n verklaring is de klant griffierechten verschuldigd (€ 130,- per verklaring). Als de omstandigheden daar aanleiding voor geven kan de gemeente voor deze kosten bijzondere bijstand verlenen.
Het verwerpen van een erfenis verdraagt zich in beginsel niet met het vangnetkarakter van de wet als sluitstuk van de sociale zekerheid. Van de klant mag worden verwacht dat hij alles doet wat leidt tot vermindering van de bijstand.
Een verwerping van een erfenis moet worden gemeld (art. 17 lid 1). Als de gemeente van het voornemen op de hoogte is kan zij de klant de voorwaarde opleggen om een erfenis te aanvaarden (art. 55 PW).
Blijft melding van een verwerping achterwege dan zal de gemeente een boete opleggen (art. 18a). Meldt een klant de verwerping achteraf dan kan de gemeente hier op 3 manieren op reageren.
Het verwerpen van een erfenis – als duidelijk is dat er een positief saldo is – kan aanleiding geven tot een maatregel wegens een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid. Als de bijstand is beëindigd is dat echter niet zo effectief.
Het verwerpen van een erfenis is te beschouwen als een vorm van beschikken. Bij het beschikken gaat het niet alleen om het feitelijk ontvangen. Mede in aanmerking worden genomen de middelen waarover de belanghebbende redelijkerwijs kan beschikken. In die benadering kan de gemeente het bedrag van de verworpen erfenis als middel in aanmerking nemen (er is immers over beschikt door verwerping en er had redelijkerwijs over beschikt kunnen worden). Over deze situatie is nog geen rechtspraak. Maar in de rechtspraak zien we wel terug dat de CRvB bereid is het begrip ‘redelijkerwijs beschikken’ ruim uit te leggen. Dat een belanghebbende zich niet vrij voelt om over een middel te beschikken laat, hoe begrijpelijk ook, onverlet dat hij of zij er wel over kón beschikken (vgl ECLI:NL:CRVB:2017:293).
Het verwerpen van een erfenis kan worden beschouwd als een schenking aan de overige erfgenamen. Zij krijgen door de verwerping een grotere erfenis. Dit betekent dat de gemeente de bijstandsuitkering voor dat bedrag zou kunnen verhalen op de erfgenamen (art. 62f PW). Hoewel het begrip ‘schenking’ in de PW niet nader is omschreven, blijkt uit de geschiedenis van de totstandkoming dat aan dit begrip een materiële betekenis moet worden toegekend. Materiële betekenis wil zeggen: iedere beoordeling uit vrijgevigheid waardoor de eigen vermogenspositie van de schenker vermindert. Niet essentieel voor verhaal is derhalve in welke vorm de schenking plaatsvond. Verhaal is alleen mogelijk als op het moment van de verwerping
Als door verwerping onhelderheid ontstaat over het bedrag, kan de gemeente bij de belastingdienst een afschrift opvragen van het vermogen. Op basis van de aangifte IB van de overleden persoon (en de beschikbare informatie over de erfgenamen) is het bedrag van de erfenis vast te stellen.Dat kan met onze juridisch kennisbank Inzicht Sociaal Domein