Risico’s Participatiewet

Stimulansz heeft in opdracht van het ministerie van SZW een onderzoek gedaan naar de risico’s op misbruik en oneigenlijk gebruik in de Participatiewet. Waar zitten de grootste risico’s en aan welke oplossingen kunt u denken?

hero afbeelding Risico’s Participatiewet
07 januari 2020

Door Ger Ramaekers

Hoog benadelingsbedrag

Risico’s kunnen op twee manieren gedefinieerd worden: een hoog benadelingsbedrag, of een hoge impact op de samenleving. Als het gaat om de hoogte van benadelingsbedragen, dan zitten de risico’s met name op de identiteit van de aanvrager/ontvanger van bijstand, om een woon- of leefsituatie die anders is dan opgegeven en om inkomen en vermogen dat niet bekend is bij de gemeente.

Impact op de samenleving

Als we kijken naar de impact op de samenleving, dan zien we met name risico’s op het terrein van identiteit, inkomen en vermogen. Hier kan ( bij inkomen en vermogen hoeft dat niet altijd het geval te zijn) een samenloop zijn met ander ongewenst gedrag of criminaliteit. Denk aan het vervalsen van identiteitsbewijzen, hennepkwekerijen en drugshandel. Kijken we meer naar het afbreukrisico voor het draagvlak in de samenleving, dan zijn de risico’s te vinden rondom woon- en leefsituatie en inkomen. Dat blijkt vooral uit het feit dat misbruik of oneigenlijk gebruik rondom deze thema’s vaak aan het licht komt door meldingen van inwoners.

Goed handhavingsplan

Het onderkennen, voorkomen en opsporen van risico’s begint bij een goed handhavingsplan waar alle elementen in verwerkt zijn. U kunt op basis van dit onderzoek een plan opstellen waarin prioriteiten zijn gesteld en is omschreven op welke manier en op welke momenten onderzoek wordt gedaan naar deze risico’s. Daarbij is het zinvol om rekening te houden met factoren als benadelingsbedragen en impact op de samenleving. Preventie is in alle gevallen van belang, maar bij risico’s met betrekking tot identiteit is dit extra relevant. Op het moment dat vaststaat dat betrokkene niet is wie hij zegt te zijn, is nog niet duidelijk wie hij dan wel is. Dat maakt het terugkrijgen van het geld bijzonder ingewikkeld.

Wat kunt u nu al doen?

  • Deel zoveel mogelijk kennis. Bijvoorbeeld over de kaders waarbinnen onderzoeken moeten plaatsvinden, over nieuwe vormen van fraude (bitcoins, social media) en over onderzoeken die succesvol zijn. Gemeenten kunnen niet alleen het wiel uitvinden, van elkaar leren is noodzakelijk.
  • Voer regelmatig onderzoeken uit. Als de gemeente mensen jarenlang niet ziet of spreekt, dan kan een eventueel oneigenlijk gebruik of misbruik tot heel grote bedragen opgelopen zijn.
  • Met politie, woningbouwverenigingen en sociaal rechercheurs in een team wordt de alertheid groter. Wie bij het overleg zit, hangt van de casus af. Dit is met name van belang bij problemen rondom thuisprostitutie, hennepkwekerijen en uitbuiting.
  • Maak handhaven een breed onderwerp binnen gemeenten en ketenpartners. Mensen zitten vanuit hun eigen discipline aan de keukentafel. Daar is nog wat te winnen aan houding, gedrag, attitude. Want ook hier geldt; voorkomen is beter dan genezen.
  • Het VNG KCHN geeft aan dat de registratie ’vertrokken onbekend waarheen’ in veel gevallen een registratie lijkt te zijn waaraan niet altijd een onderzoek ten grondslag ligt. Hier kunnen verbeterslagen gemaakt worden door betere afstemming met de BRP.

Meer weten?

In Inzicht Sociaal Domein, het domein Naleving, vindt u de volgende onderwerpen verder uitgewerkt:

Anderen bekeken ook