Vereenvoudigen of complexiteit verplaatsen?

Op 10 juni 2024 presenteerde de Staatscommissie rechtsstaat haar rapport ‘De gebroken belofte van de rechtsstaat’. Eén van de aanbevelingen is om langdurige politieke prioriteit te geven aan vereenvoudiging van regelingen voor bestaanszekerheid. In deze reflectie op dat rapport doe ik een tegenvoorstel: we verplaatsen de complexiteit. Vind ik vereenvoudigen dan geen goed idee? Natuurlijk wel. Maar terugkijkend op de afgelopen jaren lijkt me dat niet realistisch.
Profielfoto - Evelien Meester

Aanbeveling 6. Geef langdurige politieke prioriteit aan vereenvoudiging van regelingen voor bestaanszekerheid.

Deze aanbeveling is een mooie ambitie, maar vereenvoudiging gaat niet gebeuren. Niet zolang we in een politieke context zitten. Natuurlijk weet ik dat er op meerdere fronten gewerkt wordt aan vereenvoudiging. En ja, ik heb er ook vertrouwen in dat daar maatregelen uit volgen die tot vereenvoudiging leiden. Maar vereenvoudiging gaat gepaard met minder gerichtheid en dus méér ongelijkheid. Dat kan een bewuste keuze zijn en daar is ook wel wat voor te zeggen. Oók als die afweging onder een keuze ligt, zien we in de praktijk dat zodra zich een incident voordoet, die keuze wordt vergeten. Dan volgen er verontwaardigde Kamervragen en raadsvragen en op die vragen volgt een wet.

Eenvoudig of rechtvaardig?

Zo is dat gegaan met de wet over het vrijlaten van lijfrente in de bijstand en met de boodschappenaffaire om er maar eens 2 te noemen. In beide situaties ging het om één persoon die zich benadeeld voelde. Deze verhalen hebben al dan niet toevallig de media gehaald en vervolgens is daar behoorlijk complexe wetgeving op ontwikkeld.

 

Met andere woorden, als we moeten kiezen tussen eenvoud en rechtvaardige verdeling, dan wordt in de praktijk steeds gekozen voor rechtvaardigheid. De daarmee gepaard gaande complexiteit wordt voor lief genomen. Ook als we nu vereenvoudigen, zal dat heel snel verloren gaan omdat er zich dan onherroepelijk situaties voordoen die oneerlijk uitpakken. En daar wordt een nieuwe regeling op losgelaten. Let wel, ik betoog hier niet dat de ene of de andere keuze beter is, wel zie ik in de praktijk dat vereenvoudiging teniet gedaan wordt zodra die als onrechtvaardig wordt ervaren. Het helpt zonder meer om, zoals de staatscommissie betoogt, naar het hele stelsel te kijken en niet alleen naar een deel daarvan. Ook daar is de vraag of dat politiek haalbaar is. Zijn opvolgende kabinetten bereid om voort te zetten wat een van de voorgangers in gang heeft gezet? En zijn de kabinetten die daarna komen bereid om de onderliggende structuren en uitgangspunten in stand te laten?

Complexiteit verplaatsen naar één loket

Vereenvoudigen zie ik niet gebeuren. Wat wel kan is de complexiteit die we nu hebben verplaatsen van de inwoner naar de overheid. Daarvoor is nodig dat er meer samenwerking komt tussen organisaties en organisatieonderdelen. En dat betekent meer interesse in elkaar en in elkaars werk.

 

Wat te denken van één loket voor alle vragen aan de overheid? Dat is er nu niet. Ook een wijkteam is beperkt tot een paar onderdelen. Om bij ieders behoefte aan te sluiten zijn zowel digitale als fysieke locaties nodig voor dat loket. Niet iedereen kan en wil vragen digitaal stellen. Is het moeilijk om zo’n loket op te zetten? Ja. Daar moeten de beste mensen neergezet worden. En dat betekent wat voor de beloningsstructuur. Die is nu zodanig dat hoe minder contact je hebt met inwoners, hoe meer je betaald krijgt. Wellicht is het tijd om dat uitgangspunt te herzien?

 

De complexiteit kan ook verminderd worden door teksten te vereenvoudigen. En wat mij betreft niet de toelichting op de wet, zoals in de adviezen van de staatscommissie wordt betoogd. Ik vind dat de wet zelf eenvoudiger moet. Nu is vaak een jurist nodig om de tekst goed te lezen. Dat is gek, want in het kader van rechtszekerheid moet iedereen kennis kunnen nemen van de wet. Maar vrijwel alle wetten zijn volstrekt onleesbaar voor mensen zonder juridische scholing (en sommige wetten ook voor mensen mét juridische scholing). Een wet hoeft niet per se op B1-niveau geschreven te worden, maar er kan een grote slag gemaakt worden. Stimulansz heeft voor zo’n 20 gemeenten een omgekeerde verordening gemaakt. Die is in prettig leesbare taal geschreven. In de begrippenlijst zijn de ‘gewone’ begrippen, die we dagelijks gebruiken, vertaald naar de juridische begrippen. Precies omgekeerd dus. Nog makkelijker is het als de wetsartikelen zelf direct duidelijk zijn, dan is een begrippenlijst niet meer nodig. Dat scheelt ook echt in juridische ondersteuning die nodig is. Die blijft nodig, maar het helpt natuurlijk wel als mensen zelf kunnen begrijpen hoe de regels op hoofdlijnen in elkaar zitten. Wel zo fijn nu er flinke tekorten zijn als het gaat om rechtsbijstand.

Burgerperspectief, en andere perspectieven

Tot slot sta ik stil bij de aanbeveling van de staatscommissie om het burgerperspectief breder in te zetten. Dat is heel belangrijk. Gelijktijdig bestaat het gevaar dat dit andere perspectieven gaat verdringen. Het bestuur wil een bepaald effect bereiken, de uitvoering wil ruimte om het werk op een bepaalde manier te doen, de inwoner die een beroep doet op een wet of regeling heeft wensen, en de inwoner die hier géén beroep op doet heeft ook wensen (draagvlak). Er zijn met andere woorden ontzettend veel perspectieven.

 

De staatscommissie had de opdracht om specifiek te kijken vanuit het burgerperspectief, dus dit advies is volstrekt logisch. Het is wel de vraag is of dit breed genoeg is. Het vraagt echt om een afweging van alle betrokken belangen. Een voorbeeld uit het rapport is het volgende. Vanuit burgerperspectief worden de regels uit inkomsten uit werk naast je uitkering als knelpunt benoemd. Kort door de bocht is de regel dat wat je verdient wordt gekort op je uitkering, met eventueel een vrijlating van een percentage van je inkomsten. De wens om dit soepel te laten verlopen is logisch, maar de suggestie om deze verrekening van inkomsten met de uitkering te laten vervallen zou tot afkalving van het draagvlak kunnen leiden. Er komt dan zonder twijfel een keer iemand die met werk en uitkering op een heel hoog maandinkomen zit. Dat haalt de pers, daar komen Kamervragen en raadsvragen over en uiteindelijk wordt de wet aangepast en wordt alles weer verrekend. De belangen van inwoners zonder uitkering, van het bestuur, en andere belangen komen hoe dan ook boven water drijven, dus die kun je beter vooraf meenemen.

 

Tot slot: kunnen we niet wat leren van het bedrijfsleven? Als iemand een pakketje bestelt, dan kan diegene precies volgen waar in het proces het pakketje is. Als iemand een uitkering aanvraagt kan dat vrijwel nooit. Daar worden wel praktijkproeven mee gedraaid. Als inwoner kun je precies zien waar in het proces je aanvraag is, of je alle stukken hebt ingeleverd of dat er nog iets ingeleverd moet worden. Je kunt zelfs de rapportage inzien die naar aanleiding van de aanvraag is geschreven. Dat lijkt heel logisch, maar het is zeker nog geen gemeengoed. Maakt dat het eenvoudiger? Nee, maar wel begrijpelijker en dat helpt ook.

 

Kortom, vereenvoudigen is een mooie wens, maar niet realistisch. In plaats daarvan kunnen we de complexiteit verplaatsen. Daarvoor hebben we een veelheid aan perspectieven nodig. En een frisse blik, waarbij we oplossingen kunnen hergebruiken die in het bedrijfsleven tot meer klantvriendelijkheid hebben geleid.

 

Wil je het rapport “De gebroken belofte van de rechtsstaat” lezen?

Pagina delen op socials

Meer weten over dit onderwerp?

Mr. Evelien Meester helpt je graag verder.

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.

Andere bekeken ook

Vereenvoudigen of complexiteit verplaatsen?

Op 10 juni 2024 presenteerde de Staatscommissie rechtsstaat haar rapport ‘De gebroken belofte van de rechtsstaat’. Eén van de aanbevelingen is om langdurige politieke prioriteit te geven aan vereenvoudiging van regelingen voor bestaanszekerheid. In deze reflectie op dat rapport doe ik een tegenvoorstel: we verplaatsen de complexiteit. Vind ik vereenvoudigen dan geen goed idee? Natuurlijk wel. Maar terugkijkend op de afgelopen jaren lijkt me dat niet realistisch.

Valt begeleiding van een 19-jarige in pleegzorg onder de Jeugdwet of de Wmo?

In deze gaan we in op de vraag of ambulante jeugdhulp in de vorm van begeleiding voor een 19-jarige jeugdige die nog pleegzorg ontvangt tot 21 jaar, onder de Jeugdwet valt of de Wmo 2015.

Best gelezen artikelen van het afgelopen halfjaar

Nu de zomervakantie is begonnen, heb je hopelijk iets meer ruimte in je agenda. Een mooi moment om nieuwsberichten en blogs te lezen die je misschien hebt gemist, maar die wel het lezen waard zijn. Daarom hebben wij de best gelezen artikelen van het afgelopen half jaar voor je op een rij gezet. Het zijn allemaal praktische en actuele onderwerpen, interessant voor elke professional in het sociaal domein.