Hoe kom je tot een passend, onderbouwd besluit?
Het is belangrijk dat je als consulent komt tot een goed gemotiveerd en onderbouwd besluit. Maar waar baseer je dit besluit op? Je hebt alleen het ‘keukentafelgesprek’ om op te varen. En misschien een aanvullend gesprek met een familielid. Soms is ook een sociaal-medisch advies nodig. Hoe bepaal je hoeveel begeleiding een inwoner nodig heeft? Best lastig, want welke begeleiding is nodig om iemand bijvoorbeeld structuur te geven? Bij de één volstaat 1 uur in de week, een ander heeft 20 uur nodig.
“Veel consulenten liepen vast”, signaleert Anitra Vink. Als adviseur ondersteunt ze gemeenten met vragen rondom het indiceren van Wmo-voorzieningen, met jarenlange ervaring als indicatiesteller. “Daarom ontwikkelden we de training ‘Wmo-begeleiding: van onderzoek tot indicatie’, voor Wmo-consulenten, wijkteammedewerkers en jeugdconsulenten. De cursist krijgt een 6-stappenplan aangeleerd voor het uitvoeren van een zorgvuldig onderzoek. Met als resultaat een goed onderbouwd besluit waar de cliënt iets aan heeft.”
Maak de vraag concreet
Om een passende indicatie te stellen, is het heel belangrijk dat de vraag heel concreet wordt. Want doe je dat niet, dan zul je als indicatiesteller al gauw kiezen voor de veilige weg: meegaan in de claim van de cliënt, bijvoorbeeld: wekelijks 18 uur begeleiding. Zonder dat daar doelen of taken aan zijn gekoppeld. Anitra: “Daarmee is de kans groot dat de cliënt niet krijgt wat hij werkelijk nodig heeft. Bovendien kost dit de gemeente waarschijnlijk onnodig veel geld.”
Vaak blijft de begeleidingsvraag hangen in containerbegrippen, zoals: ‘Ik wil meer regie over mijn leven’, ‘Ik heb moeite met opstarten’, ‘Ik wil meer structuur’ of ‘Ik heb behoefte aan overzicht’.
Bedenk niet direct oplossingen
Resultaat van het ‘uitvlooien’ van de vraag: een concreet overzicht van activiteiten van ’s morgens tot ’s avonds. Anitra: “Belangrijk daarbij is, dat jij als indicatieteller oordeelvrij luistert én niet direct oplossingen bedenkt. Want iemand kan wel zeggen dat hij voor een bepaalde handeling ondersteuning nodig heeft, maar is dat wel zo? Daarvoor is het onder meer belangrijk om te bekijken of het misschien gaat om gebruikelijke zorg. Hieronder verstaat de wet de zorg die kan worden verleend door de persoon of personen met wie de cliënt samenleeft. De overheid wil graag dat cliënten zoveel mogelijk zelf oplossen, maar dan moet je het er wel over eens zijn wat wel en niet valt onder gebruikelijke zorg. Het is niet gebruikelijk dat je je man moet aansporen bij het aankleden. Moet je daar dan Wmo-zorg voor inzetten óf is het met het oog op mantelzorg toch gebruikelijk?”
Achterhaal iemands doelen
Is het probleem helder? En is het duidelijk of de cliënt daar wel of geen hulp bij nodig heeft? Dan is het belangrijk te achterhalen wat de cliënt wil bereiken. “Misschien wil de cliënt ondersteuning om meer naar vrienden en familie te kunnen en zo eenzaamheid te voorkomen. Misschien wil de cliënt weer zelfstandig boodschappen kunnen doen. Of naar de voetbalclub, waar hij andere mensen ontmoet. Maak deze doelen zo concreet mogelijk. Vervolgens vertaal je die naar de indicties. Wat is er nodig aan Wmo-ondersteuning en met welk doel? Dat zet je vervolgens in de beschikking.”
Ander voorbeeld: de cliënt geeft aan meer eigen regie te willen. Vraag dan goed door. Wat versta je onder eigen regie? Wat is daarmee je doel? En wanneer heb je genoeg eigen regie? Ander voorbeeld: de cliënt vertelt ’s morgens moeite te hebben met opstarten.’ Maar hoe ziet dat opstarten eruit? Waar heb je moeite mee? Hoeveel tijd kost je dat? En als je hulp krijgt van je partner: hóe helpt hij of zij je? Activeert deze persoon je óf neemt je partner de handeling over? Legt je partner jouw kleding klaar of word je aangekleed? En hoeveel tijd kost het opstarten?
Leer te werken volgens het 6-stappenplan
Vind jij het ook belangrijk dat je passende indicaties afgeeft die goed zijn onderbouwd? En wil je hiervoor graag richting en houvast? Volg dan de praktische training ‘Wmo-begeleiding: van onderzoek tot indicatie’. Je leert te werken volgens een beproefd 6-stappenplan: van melding tot beschikking. Volg je de training Wmo-consulent samen met je collega-consulenten, dan weet je zeker dat je op eenduidige wijze indiceert. De werkwijze zorgt ervoor dat je scherper indiceert én dat de cliënt de ondersteuning krijgt die diegene werkelijk nodig heeft. Gefundeerd én onderbouwd. Al meer dan 150 Wmo-consulenten, wijkteammedewerkers en jeugdconsulenten gingen je voor.
Wil je op de hoogte blijven van veranderingen in het sociaal domein?
Schrijf je in voor de e-mail nieuwsbrief en blijf op de hoogte van ons aanbod