Iris van Rijswijk is een spontane vrouw met een prettige uitstraling. Ze had het al een hele tijd niet meer zo naar haar zin bij Vestia en wilde graag wat anders. Met behulp van een loopbaancoach onderzocht ze wat ze dan wél wilde en stuitte daarbij op een vacature voor een Wmo-consulent bij de Stichting ZO! voor de gemeente Zuidplas. Het leek haar een interessante en veelzijdige baan en het blijkt ook nog te klikken tussen Iris en de gemeente Zuidplas. Iris krijgt de baan. Wat helpt is dat bij deze gemeente vanuit de Wmo ook de huisvestingsurgentie wordt geregeld en daar heeft Iris natuurlijk veel ervaring mee door haar vorige functie bij Vestia. Er is echter één drempel, Iris had geen enkele ervaring in het werkveld van de Wmo.
Gelukkig mocht Iris de opleiding Wmo-consulent volgen om het gebrek aan kennis bij te spijkeren, want die basis had ze natuurlijk wel nodig. “Voor mij was het vooral belangrijk om de wet te leren kennen en toepassen. In het begin dacht ik: de opleiding is eigenlijk best wel kort, ga ik het daarmee redden, is het wel voldoende? Maar dat was het zeker. De trainers kwamen heel snel tot de kern, en de lessen waren heel praktisch ingericht met veel praktijkvoorbeelden. Je stipt alles aan in de wet en bij het een ga je iets dieper op de materie in dan bij het andere. Zo pik je in korte tijd heel veel op en het is superfijn om die handvatten te hebben”, aldus Iris. Ook was ze heel tevreden over de trainers: “Anitra Vink is een toptrainer met heel veel kennis. Ze wist bijna alles en als ze het niet wist ging ze het voor ons uitzoeken.” De groep van Iris bestond merendeels uit cursisten die net in het Wmo werkveld zaten met heel verschillende achtergronden. Dat maakte het interessant voor Iris: “Er was zelfs een mede-cursist, die net als ik uit de woningcorporatiewereld kwam, en nog helemaal niet in het werkveld zat maar de opleiding volgde om te onderzoeken of dit beroep wellicht iets voor haar was.” Ook de werkdruk vond ze meevallen: “Ik had meer huiswerk verwacht. Dat viel echt wel mee. De eerste 2 weken was vooral veel leeswerk vooraf, maar dat was prima te doen.”
“Ik doe nog steeds niet alles want het is heel veel”, lacht ze, “maar we doen het stapje voor stapje en bouwen het zo op. Het is heel gevarieerd en dat maakt het juist zo leuk. Huishoudelijke hulp en vervoersaanvragen doe ik nu zelfstandig, maar de grotere woningaanpassingen nog niet, daar loop ik nog mee met een ervaren consulent. We hebben een gevarieerd team van ervaren consulenten en ‘rookies’ zoals ik.”
Iris denkt na en zegt: “Iemand die zich goed kan inleven in iemands situatie. Iemand die goede vragen kan stellen en vooral goed kan luisteren. Je krijgt zoveel te horen tijdens zo’n huisbezoek. Mensen vertellen vaak hun hele levensverhaal. Je moet dan goed kunnen filteren wat iemand nu echt nodig heeft, waaraan iemand echt behoefte heeft. Ik vond het heel fijn dat daar in de opleiding veel aandacht voor was, voor het achterhalen van die hulpvraag. Daar heb ik heel veel aan gehad en dat gebruik ik nu ook in mijn huisbezoeken. Wetskennis is belangrijk, maar dat kun je leren. Wat iemand een goede Wmo-consulent maakt is vooral dat stukje inleving. Voor het achterhalen van de hulpvraag maak ik echt gebruik van de vragen die ik ook tijdens mijn opleiding heb gehad. Van de week ging ik voor het eerst op pad voor een rolstoelaanvraag, dan pak ik mijn aantekenboekje van de opleiding erbij. O ja, rolstoelen, dacht ik toen. Daar had ik ook nog een paar voorbeeldvragen van en dat neem ik dan mee naar het huisbezoek.”
Op de vraag of dit de baan van haar leven is, barst ze in lachen uit. Ze is pas 38. Alles kan nog gebeuren. Maar zegt ze: “ik zie mezelf dit een nog hele lange tijd doen. Het is zo gevarieerd, de gemeente is leuk, het team is leuk, ik ben voorlopig nog lang niet klaar.”
Succes Iris!