Grondrecht en voorwaarde voor fijne samenleving
Het leiden van een menswaardig bestaan is een grondrecht (artikel 20 va de Grondwet). Voor ieder individueel, maar ook voor de samenleving als geheel (toegegeven, dat is niet wat de Grondwet bedoelt, maar in een column kan ik wat dichterlijke vrijheid nemen). De samenleving wordt er echt leuker van als iedereen voldoende geld heeft voor onderdak, voldoende eten, kleding en andere noodzakelijke kosten van bestaan. Als mensen een woning hebben en mee kunnen doen omdat ze ondersteuning krijgen bij de razendsnelle digitale ontwikkelingen. Als mensen een netwerk hebben dat ze kan steunen. Dat is in de eerste plaats fijn voor die mensen zelf en in de tweede plaats voor alle andere mensen in onze samenleving.
Goede voorouder
We zullen bestaanszekerheid dus in de volle breedte moeten aanvliegen willen we echt het welbevinden van iedereen vergroten. Als je toch beleid aan het maken bent, dan is het mooi om rekening te houden met alle stakeholders: de mensen voor wie bestaanszekerheid in het geding is, voor de directe omgeving (mogelijke mantelzorgers, omwonenden, familie en vrienden) en voor de (achter)kleinkinderen van al deze mensen. Zodat we er als een goede voorouder nu al op voor kunnen sorteren dat onze kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen nieuwe vraagstukken kunnen oplossen, omdat de bestaanszekerheid in de brede zin van het woord op orde is. Mooi vooruitzicht toch?
Tot die tijd gaan we voor de 10
De vraagstukken die spelen rondom bestaanszekerheid zijn niet morgen opgelost. Gelukkig kunnen we een aantal dingen al wel doen. Bijvoorbeeld faciliteren dat mensen op zijn minst gebruik kunnen maken van de regelingen die we hebben om de financiële bestaanszekerheid op orde te krijgen. Stimulansz en Nibud hebben samen BerekenUwRecht ontwikkeld. We gaan daarbij echt voor de 10 als het gaat om nauwkeurigheid van de berekeningen, ook al vraagt dat een enorme hoeveelheid denkwerk. Om precies te berekenen waar iemand recht op heeft, moeten we alle informatie hebben waar dat recht op wordt gebaseerd. Dat is als gevolg van de verschillende regelingen vaak complexe informatie. Alleen al het begrip ‘inkomen’ wordt verschillend uitgelegd voor verschillende wetten, binnen de wet (bijvoorbeeld tussen algemene bijstand en bijzondere bijstand), tussen gemeenten (beleidsvrijheid) en binnen gemeenten (voor de verschillende soorten bijzondere bijstand kunnen andere definities gelden). Telt een auto mee bij het vermogen en zo ja wanneer (jonger dan 7, 10, 15 of XX jaar, waarde hoger dan een specifiek bedrag)? Welk percentage van het sociaal minimum telt mee? Wat doen we met giften, schadevergoeding en wanneer laten we inkomsten (uit arbeid, alimentatie, pensioen, jonggehandicaptenkorting) vrij? En zo zijn er nog heel veel vragen te stellen.
Ongeveer goed bestaat niet
Omdat veel van deze regelingen een harde aftoppingsgrens hebben, staat ongeveer goed gelijk aan fout. Een inkomen van een paar euro hoger of lager dan de maximale grens kan het verschil maken op wel of geen recht op die betreffende regeling. De mensen die gebruik zouden moeten kunnen maken van deze regelingen zijn financieel kwetsbaar. Als die het advies krijgen dat er geen recht bestaat, terwijl dat recht er feitelijk wel is, dan vragen ze wellicht ten onrechte niet aan. En dat scheelt ze heel veel geld dat ze goed kunnen gebruiken. Maar ook andersom, als je hoort dat je van allerlei regelingen gebruik kunt maken en dat blijkt niet te kunnen, dan kan dat voor financiële problemen zorgen als je daar wel op had gerekend. Daarom nemen wij de berekeningen uiterst serieus en verwerken we al deze vraagstukken in BerekenUwRecht. Daarbij gaan we voor de 10, omdat ongeveer goed gewoon niet goed genoeg is. Is dat makkelijk? Nee. Er is veel rekenwerk aan de achterkant nodig en dat willen we doen met zo min mogelijk vragen aan de voorkant. Maar in deze situatie is bijna goed geen optie.
Tot slot
Bestaanszekerheid is een belangrijk onderwerp waarvan ik hoop dat het komende jaren nog echt op de agenda blijft staan. Tot die tijd doen we wat al mogelijk is. Eén van die zaken is het inzichtelijk maken op welke regelingen iemand recht heeft. Bestaanszekerheid is een grondrecht en de bodem onder een prettige samenleving. Concessies op dat vlak zijn pennywise, poundfoolish. Dus wij gaan ervoor!