Wist u dat mensen die het ritme van een liedje met hun vingers op tafel tikken over het algemeen denken dat een ander makkelijk raadt welk liedje dat is? En dat het juiste liedje zelden geraden wordt? Dat heeft een duidelijke oorzaak. Degene die het liedje tikt, hoort het liedje in zijn hoofd. Dat is niet te voorkomen, dat gaat vanzelf. Degene die naar het getik luistert, hoort dat natuurlijk niet. En dat gebrek aan voorkennis is voor de ‘tikker’ moeilijk te bevatten. Het enkel weten dat een ander het liedje niet hoort, maakt nog niet dat je echt in kunt voelen wat de ander hoort. En zo gaat het ook met veel voorlichting. Natuurlijk kunnen we mensen uitleggen dat ze alles moeten melden waarvan ze redelijkerwijs moeten weten dat het van invloed kan zijn op het recht op of de hoogte van de uitkering. Dat kan zelfs in makkelijke woorden. Maar dan nog ontbreekt het de lezer aan een enorme hoeveelheid voorkennis. En omdat wij die kennis wel hebben, begrijpen we niet meer zo makkelijk waarom de ander het niet begrijpt. Toets wat je wilt bereiken daarom van tevoren bij de doelgroep. Begrijpen mensen wat je bedoelt? Zo niet, dan heeft het weinig kans van slagen.
Een tweede probleem is dat we vaak denken dat als we inwoners voldoende informatie geven, ze dan vanzelf doen wat we van ze willen. Maar zo simpel werkt het niet. Mensen hebben namelijk niet allemaal evenveel doenvermogen. Dat wil zeggen dat ze niet allemaal de kennis die ze hebben omzetten in actie. Dat zit hem deels in het karakter van mensen, maar ook deels in de toekomstperspectieven die ze zien. Houd hier met je beleid rekening mee. Bied mensen een toekomstperspectief als je wilt dat mensen iets doen. Wat levert het op voor hen? Alleen dreigen met straffen als ze niet doen wat je wilt geeft geen toekomstperspectief!
Uit een onderzoek van UWV onder WW-gerechtigden (UWV Kennisverslag, special juli 2017) blijkt dat 80% van de werkzoekenden intrinsiek gemotiveerd is om werk te zoeken. Dat is heel mooi! Want werkzoekenden die intrinsiek gemotiveerd zijn besteden meer tijd aan solliciteren en maken daarmee meer kans om uit te stromen. Zodra aan deze groep een sollicitatieplicht wordt opgelegd, wordt hun motivatie ondermijnd. De plicht om te solliciteren demotiveert 40% van de werkzoekenden. Zonde! Want deze groep besteedt ook beduidend minder tijd aan solliciteren. Dus wilt u dat mensen werk zoeken? Leg ze dan niet allemaal zonder meer de sollicitatieplicht op, maar ga na wat hen motiveert en sluit daarop aan!
Dan Ariely beschrijft in zijn boek ‘The (honest) truth about dishonesty’ hoe het komt dat mensen oneerlijk gedrag vertonen. En daaruit blijkt dat dit vaak een glijdende schaal is. Mensen doen één klein dingetje dat niet helemaal eerlijk is. Als daar geen reactie op komt, dan is de stap om iets te doen dat nog een beetje oneerlijker is heel makkelijk. Dat wil niet zeggen dat bij een eerste keer iets doen dat niet door de beugel kan een harde afstraffing hoeft te volgen, wel dat de norm helder moet zijn. Het is natuurlijk niet de bedoeling om iemand in de problemen te brengen door financiële sancties bij een eerste – soms heel kleine – misstap. Maar als je een uitkering of een voorziening ontvangt, dan zijn er nu eenmaal regels waar je je aan moet houden. Die zijn belangrijk om het betaalbaar te houden. Daarom is het bij een eerste overtreding ook, of misschien wel juist, van belang om die norm scherp te stellen. Dan is de kans op een tweede misstap kleiner en daar gaat het om!
Dit is natuurlijk heel makkelijk gezegd, maar er zit een wereld achter. En toch kunt ook u het beleid een stuk effectiever maken als u de drijfveren van mensen goed kent en begrijpt. Want hoe graag we ook zouden willen dat mensen heel rationeel denken en doen wat wij van ze willen, omdat dat het beste voor ze is, zo werkt het in de praktijk niet. Hoe wel? Kom luisteren, leren, oefenen en doen tijdens de masterclass gedrag met beleid.