Wlz en Wmo: (g)een gelukkig huwelijk?

hero afbeelding Wlz en Wmo: (g)een gelukkig huwelijk?
16 februari 2017

Door Wim Peters

Het toekennen van een rolstoel uit de WVG aan mensen in instellingen werd afhankelijk van de AWBZ-regelgeving. En daarop heeft een gemeente geen invloed. Ook in AWBZ kringen bleek men het niet allemaal duidelijk te zijn. Onder de Wmo bleef dit probleem in volle omvang bestaan. Spanningen in het huwelijk!

Scheiding

Om daaraan een eind te maken, werd bij de invoering van de Wmo 2015 de knoop doorgehakt: er kwam een strikte scheiding tussen de Wmo en de Wlz, vastgelegd in artikel 2.3.5, lid 6. Wanneer iemand een Wlz-indicatie heeft, kan de gemeente een Wmo-maatwerkvoorziening weigeren. Er staat kán, maar de Memorie van Toelichting is helder: het is ofwel Wlz, ofwel Wmo 2015 en niet ‘en-en’: Wlz en nog een beetje Wmo. Ook de loketten zijn gescheiden: er is een Wmo-loket en er is een Wlz-loket.

Gedwongen samenwonen

Deze regeling was op zich wel helder, maar de Wlz was er niet klaar voor om de consequenties voor haar rekening te nemen. Dus bleef er een situatie van gedwongen samenwonen bestaan. In het kader van het overgangsrecht moest de gemeente nog woonvoorzieningen, hulpmiddelen en vervoersvoorzieningen en soms hulp bij het huishouden blijven toekennen. Een situatie die geen recht deed aan de wettelijke bepaling. Er was een scheiding uitgesproken, maar er werd niet toegestaan uit elkaar te gaan.

Problemen

Dit leidde tot allerlei problemen. Dat had deels ook met andere aspecten te maken. Zo denken veel mensen dat een indicatie Wlz betekent dat je ‘opgenomen’ moet worden. Ze weten niet dat er verschillende mogelijkheden in de Wlz zijn om zelfstandig te blijven wonen (4 opties). Maar ook de eigen bijdrage is een probleem: die is in de Wmo 2015 soms lager dan in de Wlz, waardoor mensen onder de Wmo willen blijven vallen en geen indicatie Wlz willen aanvragen. Of het idee dat je onder de Wmo meer kan krijgen dan onder de Wlz. Daar is recent een uitspraak over gedaan. Iemand had van de gemeente 9,5 uur hulp bij het huishouden, moest naar de Wlz en kreeg daar een bedrag waar geen 9,5 uur uit betaald kon worden. De rechter gaf de gemeente gelijk. Maar toch: er zijn problemen.

Gedwongen huwelijk

Bestuurlijk overleg heeft nu geleid tot een gedwongen huwelijk tussen Wmo 2015 en Wlz. Gemeenten blijven (nadat het nodige is georganiseerd en wettelijk is aangepast) verantwoordelijk voor woningaanpassingen, hulpmiddelen, rolstoelen en vervoersvoorzieningen voor iedereen die een Wlz-indicatie heeft en besluit zich niet te laten opnemen. Dus weer een Wlz-indicatie met een beetje Wlz en een beetje – of misschien wel veel meer – Wmo 2015.
Iedereen met een Wlz-indicatie die besluit zich wel te laten opnemen valt dan onder de Wlz, zou je denken. Maar of dat zo zal zijn is ook nog maar de vraag. De Wlz heeft weliswaar geregeld dat ook het vervoer, nodig om te participeren, onder de Wlz valt, maar de vraag is hoe ver dat strekt. Geldt dat bijvoorbeeld ook voor collectief vervoer? Of moet dat weer van de gemeente komen?

Stoken in een (ongelukkig) huwelijk

Ik wil niet stoken in een (ongelukkig) huwelijk, maar ik heb eigenlijk een veel betere oplossing. De Memorie van Toelichting op de Wmo 2015 zegt: ‘De gemeentelijke verantwoordelijkheid houdt echter op indien iemand kampt met een zodanig ernstige problematiek dat hij op grond van de wettelijke aanspraken in de AWBZ (lees Wlz) in aanmerking komt voor opneming in een instelling.’ Misschien moet dit letterlijk genomen worden. Indien iemand een Wlz-indicatie krijgt en besluit om zich niet te laten opnemen en zelfstandig te blijven wonen, geldt de Wmo 2015 en valt hij dus onder de verantwoordelijkheid van de gemeente. Maar heeft iemand een Wlz-indicatie en besluit de persoon in kwestie zich wel te laten opnemen, dan is de Wlz verantwoordelijk. Dan ligt de grens niet meer bij de indicatie, maar bij de invulling van de indicatie. En in die situatie ontstaat er weer een strikte scheiding. Er is sprake van één loket, met als enige uitzondering de persoonlijke verzorging uit de Zorgverzekeringswet. Dat is een ander loket maar dat is ook simpel op te lossen door de persoonlijke verzorging alsnog naar de gemeenten over te hevelen. Resultaat: altijd één loket!

Verantwoorde scheiding?

De vraag die zich opdringt is: is het nog verantwoord dat iemand zelfstandig blijft wonen? Iemand heeft toch een indicatie Wlz en dat houdt in dat iemand dermate zware problemen heeft dat opname aan de orde is. Dat is geen nieuwe vraag. Die vraag kan je nu ook al stellen. Maar met elkaar hebben we (politiek) besloten dat wie met een zware problematiek zelfstandig wil blijven wonen, die mogelijkheid moet hebben. Bij de door mij voorgestelde scheiding zal daar wellicht (door Zorgkantoor en gemeente gezamenlijk) heel goed naar gekeken moeten worden om geen crisis in te bouwen. Maar de scheiding lijkt mij verantwoord mogelijk. Waarom kunnen we daar dan niet voor kiezen?
Voor meer informatie over dit onderwerp, zie ook de Ledenbrief van de VNG.

Anderen bekeken ook