Helpdesk: Schuldhulpverlening

Geldzorgen (en andere problemen)

Een klant heeft zich gemeld met schulden van in totaal 2.000 euro. De man heeft een baan en kan zichzelf best redden. Ik heb hem geadviseerd zijn inkomsten en uitgaven op een rij te zetten, zodat hij ziet waarop hij kan bezuinigen. Dan kan hij een betalingsregeling afspreken met de schuldeisers. Meneer keek erg ongelukkig en nu twijfel ik aan mijn advies. Had ik het anders moeten doen? Ook mensen met een baan en een relatief kleine schuld hebben soms moeite om hun schulden op te lossen. Veel mensen met schulden hebben ook problemen op andere levensterreinen. Als je alleen een oplossing biedt voor het financiële probleem, ga je voorbij aan eventuele andere problemen. Dit kan betekenen dat de schulden alleen maar groter worden. Vraag door en neem de hele persoonlijke situatie van de persoon met schulden in ogenschouw. Alleen dan kun je een advies op maat geven.

Eerder in beeld

Veel mensen melden zich pas bij onze gemeente als hun schulden torenhoog zijn. Als ze eerder bij ons aankloppen, kunnen we ze beter helpen. Hoe komen we in een vroeger stadium bij deze mensen in beeld? Veel mensen met schulden schamen zich voor hun situatie. De drempel om om hulp te vragen, is vaak hoog. De gemeente kan zelf het initiatief nemen om deze mensen te vinden. Dit kan met vroegsignalering: het vroegtijdig in beeld brengen van mensen met betalingsproblemen om vroegtijdige hulpverlening mogelijk te maken en erger te voorkomen. Gemeenten, woningcorporaties, zorgverzekeraars, energieleveranciers en waterbedrijven werken hierbij samen. De gemeente benadert vervolgens de betrokken burger met een hulpaanbod. Het project ‘Landelijke uitrol vroegsignalering’ ondersteunt gemeenten bij de opzet en inrichting hiervan.

Verzoek weigeren?

De Raad van State oordeelde onlangs dat een gemeente geen belangenafweging hoeft te maken als zij iemand met een fraudeschuld de toegang tot de schuldhulpverlening weigert. Maar als er sprake is van een relatief kleine schuld wil onze gemeente een persoon met een fraudeschuld wel toelaten. Kan dat, en zo ja op welke gronden? De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening bepaalt dat fraude een reden kan zijn om een verzoek om schuldhulpverlening te weigeren. Veel gemeenten hebben in hun beleidsregels deze weigeringsgrond overgenomen. Maar de wet schrijft niet voor dat gemeenten schuldhulpverlening moeten weigeren bij een fraudeschuld. Door in de beleidsregels een bepaling op te nemen dat er een individuele belangenafweging moet worden gemaakt, blijft er ruimte om personen met een fraudeschuld toe te laten tot de schuldhulpverlening.
Wilt u meer kennis en inzicht over schuldhulpverlening? Raadpleeg Inzicht sociaal domein.

Pagina delen op socials

Meer weten over dit onderwerp?

Mr. Corinne Berhitu helpt je graag verder.

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.

Andere bekeken ook

Wie zijn er anders: zij of wij?

Ken je dat vers van Annie M.G. Schmidt ‘de geit van dokter Sanders’ van vroeger? Mocht je het niet (meer) kennen, ik kan het echt aanraden om eens op te zoeken. Net als bij veel van haar andere versjes zit er een mooie wijsheid in verscholen. In dit geval is het probleem dat de geit van dokter Sanders, anders is dan de geit van dokter Snel. De beide dokters wringen in hun handen en huilen en besluiten om de geiten te ruilen. Helaas, het probleem blijkt niet opgelost. De geit van dokter Sanders is nog steeds anders….

Duurzame uitstroom begint bij goed intakemodel

Veel gemeenten worstelen met ermee: hoe kunnen we mensen die langdurig in de bijstand zitten, duurzaam laten uitstromen? Makkelijk is dat niet, erkent Tom Mushota. Maar er is meer mogelijk dan vaak wordt gedacht. “Het begint bij een goed model voor de intake.”

“Armoedebeleid door de jaren heen: we weten allang wat werkt”

Leven in armoede is hard werken, en armoedebestrijding is complex. Als je weet hoe dit zich door de jaren heeft ontwikkeld, kan je dat helpen in de ondersteuning van inwoners, stelt Wilma Kuiper. “Het is allang duidelijk wat werkt en niet werkt.”