Van langdurig in de bijstand naar (deeltijd) aan het werk

Meer werk voor mensen die langdurig in de bijstand zitten lonender maken, wat zijn de laatste ontwikkelingen?

Werken is belangrijk, dat is duidelijk. Mensen die werken voelen zich gezien en gewaardeerd; werken geeft een gevoel van eigenwaarde en bevordert de bestaanszekerheid. Uit cijfers van de Divosa Benchmark Werk en Inkomen, een gezamenlijk product van BMC, Divosa en Stimulansz, blijkt dat mensen die naast de bijstand werken bijna 3 keer zo vaak uitstromen naar werk als mensen die geen parttime werk hebben gedaan. Dus werk is goed voor iemands algehele welzijn en het vergroot de uitstroomkans uit de bijstand.

Maatregelenpakket om werk te stimuleren

In de kamerbrief ‘Stand van zaken Participatiewet in balans’ licht minister Schouten de verdere uitwerking van een aantal maatregelen toe. Het gaat onder andere om het verruimen van de bijverdiengrenzen. Dit gebeurt door de duur van de algemene vrijlating te verlengen en de doelgroep voor die vrijlating te verbreden. Eerder is in het wetsvoorstel Uitvoeren breed offensief al een nieuwe vrijlating geïntroduceerd voor mensen uit de doelgroep loonkostensubsidie. Bovendien wordt in de kamerbrief het bufferbudget genoemd. Dit budget biedt zekerheid aan mensen die naast de uitkering gaan werken en te maken krijgen met schommelingen in hun inkomsten. Stuk voor stuk maatregelen die ervoor moeten zorgen dat werken meer lonend wordt voor mensen met een uitkering. Het maatregelenpakket vormt een stimulans om (meer) te werken.

Werken stimuleringsmaatregelen om mensen uit de bijstand meer aan het werk te krijgen?

In de afgelopen jaren zijn er diverse bijstandsexperimenten uitgevoerd. Zo is onderzocht of een stimuleringspremie leidt tot meer uitstroom naar werk. De uitkomsten van deze experimenten variëren. In een aantal gemeenten is de uitstroom naar werk toegenomen, terwijl dit in andere gemeenten juist niet het geval was. Het inzetten van stimuleringsmaatregelen leidt dus niet zonder meer tot een groter aantal mensen die deeltijd gaan werken of via werk uitstromen uit de bijstand.

Kleine stapjes richting werk

Het aantal mensen in de bijstand is historisch laag. De mensen die de weg naar de arbeidsmarkt nog niet hebben weten te vinden, worden vaak geconfronteerd met een breed scala aan problemen. Die variëren van gezondheidsproblemen tot schulden. Deze problematiek vraagt om een integrale aanpak waardoor de rol van de klantmanager verandert. Positief is dat dit in spoor 3 van de herziening van de Participatiewet vorm krijgt.

Uit de bijstandsexperimenten komen nog andere bevindingen naar voren. Zo blijkt dat persoonlijke aandacht werkt. Extra begeleiding naar werk of participatie heeft een positief effect op mensen in de bijstand. Mensen die meer aandacht krijgen gaan er op het gebied van welbevinden op vooruit, ze voelen zich gezonder én hebben meer waardering voor de ondersteuning die zij vanuit de gemeente krijgen. Dit blijkt ook uit eerder onderzoek over persoonlijke begeleiding in de bijstand. Individuele aandacht werkt als een vliegwiel dat bijdraagt aan participatie en welzijn van mensen.

Menno Fenger van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) was onlangs één van de sprekers op het Divosa Benchmark Festival. Hij benadrukt het belang van begeleiding en coaching en de noodzaak om mensen langdurig te helpen om de stappen te zetten die nodig zijn. Uit onderzoek van de EUR blijkt dat het op deze manier wél kan lukken om mensen aan het werk te krijgen.

De herziening van de Participatiewet is een stap in de goede richting

De verschillende stimuleringsmaatregelen uit Participatiewet in balans en breed offensief zijn een stap in de goede richting. Het is echter de vraag of deze voldoende aanknopingspunten bieden om mensen in de bijstand echt verder te helpen. Een financiële prikkel kan de drempel om aan het werk te gaan verlagen, maar voor een groep mensen zal de drempel nog steeds te hoog blijven. Alleen knelpunten wegnemen en stimuleringsmaatregelen bieden is niet genoeg. Maatwerk brengt mensen in beweging. Gemeenten moeten inzetten op:

  • het geven van persoonlijke aandacht;
  • het (terug)winnen van vertrouwen;
  • het bieden van zekerheid.

Onderzoek leert: Juist dít zijn de elementen die mensen, ook als ze langdurig in de bijstand zitten, daadwerkelijk een stapje verder kunnen brengen. Waar mogelijk zelfs naar werk.

Pagina delen op socials

Meer weten over dit onderwerp?

Redactie helpt je graag verder.

Nieuwsbrief Sociaal Domein

Binnen 5 minuten op de hoogte van de actuele ontwikkelingen in het sociaal domein? Meld u aan voor onze gratis nieuwsbrief. Met onder andere blogs van experts, interessante whitepapers en toelichting op wet- en regelgeving.

Andere bekeken ook

“Armoedebeleid door de jaren heen: we weten allang wat werkt”

Leven in armoede is hard werken, en armoedebestrijding is complex. Als je weet hoe dit zich door de jaren heeft ontwikkeld, kan je dat helpen in de ondersteuning van inwoners, stelt Wilma Kuiper. “Het is allang duidelijk wat werkt en niet werkt.”

Eén loket voor elke vraag: van het ‘wie’ naar het ‘hoe’

Ik loop al sinds 2004 mee in het sociaal domein. Het is de kunst om dan professioneel nieuwsgierig te blijven en met een open blik te kijken naar hoe we dingen doen zonder die als vanzelfsprekend te beschouwen. Juist door anders te kijken ontstaat ruimte voor verwondering en verwondering geeft ruimte voor verbetering. Een van die zaken waar ik me over verwonder is de vraag ‘wie moet iets oplossen’.

Kan een inburgeraar na 1,5 jaar nog van leerroute wisselen?

Gemeenten krijgen regelmatig te maken met inburgeraars voor wie de gekozen leerroute toch niet passend blijkt. Wat als die mismatch pas na 1,5 jaar aan het licht komt? In deze blog laten Renée van der Burg en mr. Petra Gerritsen zien welke ruimte gemeenten hebben om alsnog te schakelen.